Bossche Straten 2013
064. Tweede Vughterpoort
Auteur: Ed Hupkens Met dank aan de Werkgroep Toponymie, Kring Vrienden van 's-Hertogenbosch |
In de Vughterstraat op de hoek met de Kuipertjeswal (links) stond vroeger de Vughterbinnenpoort. Datering: 1988. Foto: SA nr. 0074165
De eerste stadsmuur om het stadje ’s-Hertogenbosch was rond 1220 voltooid. In de explosief groeiende stad werd al snel buiten de muren gebouwd. Ook de Sint-Jan en het Groot Ziekengasthuis stonden aanvankelijk buiten de stadsmuur. Daarom begon ‘s-Hertogenbosch, na toestemming in 1318 door Hertog Jan III, aan een tweede ommuring. Uitbreiding was geen eenvoudige opgave, omdat het terrein buiten de eerste ommuring aanzienlijk lager lag dan het gebied daarbinnen. Het benodigde gebied moest worden opgehoogd om het tegen hoog water te beschermen. Toch vergrootte men de stad tot honderd hectare. De bouw van de tweede vestingmuur om dit gebied duurde ongeveer vijftig jaar, en werd rond 1365 voltooid. Door deze stadsuitbreiding was de eerste Vughterpoort overbodig geworden en werd vervangen. Rond 1318 werd in de Vughterstraat, op het grondgebied van het huidige pand nr. 129-131, en op de hoek van de Kuipertjeswal, de tweede Vughterpoort oftewel Kruispoort gebouwd. De poort werd genoemd naar de vlakbij gelegen Kruiskerk van de kruisbroeders. Door de stadsuitbreiding rond 1400 met de uitleg Vughterdijk van acht hectare, kreeg ook de Kruispoort een vervanger met de Pieckepoort. De Kruispoort werd Vughterbinnenpoort en ging dienst doen als hulpgevangenis. Maart 1662 werd de poort ingericht tot chirurgijnskamer (ontleedkamer). In 1669 besloot de stadsregering om op de bovenverdieping een ‘antiquiteit- en konstkamer’ in te stellen. De Stads Rariteitenkamer was geboren, het eerste gemeentemuseum van ‘s-Hertogenbosch. Tot de sloop van de stadspoort in 1799 waren historische, natuurkundige en biologische voorwerpen en rariteiten in de expositieruimte te zien.