Iedere zondag en woensdag
van 11:00 - 13:00 uur bij
ROS-Radio/ROS-TV-krant,
ZIGGO kan. 43 en Trinet kan. 532
Iedere zondag van 13:00 - 15:00 uur
en dinsdag van 12:00 - 14:00 uur bij
Lokaal 7, FM 107.4 en Lokaal7-app
en maandag en vrijdag van 18:00 - 20:00 uur bij Streektaalradio.nl
en natuurlijk 24 uur per dag
via onze website.

Moedertaol-praot 2023

Hoe schrijf ik mijn dialect?

Met dank aan De Krantlogohalsteren 25

Vlag breed metJan 607

maand 2023-09 - 16 september 2023

Hoe schrijf ik mijn dialect?

Woensdag 13 september 2023 was er in Bergen op Zoom een workshop 'De spelling van mijn dialect', georganiseerd door Erfgoed Brabant en verzorgd door taalkundige Yoïn van Spijk. Ik heb deze workshop bijgewoond en ik heb daar zeker geen spijt van. 

Er zijn geen wetten die voorschrijven hoe je je dialect moet spellen. Je wordt niet gearresteerd als je afwijkt van de regels, want er zijn geen regels. Je kunt je dialect spellen zoals je zelf wilt. Al zijn er wel goede en slechte manieren en slimme en domme oplossingen.

De werkgroep Dialecten van Heemkundekring Het Zuidkwartier in de gemeente Woensdrecht houdt zich al sinds 1996 bezig met het maken van een dialectwoordenboek. En dus ook met de spelling van de dialecten van Woensdrecht, Hoogerheide, Ossendrecht en Putte. Daar is inmiddels al heel wat gebrainstormd over de vraag hoe al die verschillende klanken, die de dialecten hebben, op papier moeten worden vastgelegd.  

Hoedjes en streepjes

De werkgroep deed zijn uiterste best om elke klank die er in een dialect voorkwam zo nauwkeurig mogelijk aan te geven. Het resultaat was een woordenboek ('Dialecten in het Zuidkwartier'), waarin klinkers stonden met allerlei hoedjes en streepjes erop. In het hoofdstuk 'Verantwoording' werd uitgelegd wat met al die streepjes en hoedjes werd bedoeld. De werkgroep was van mening, dat op die manier de dialecten binnen de gemeente Woensdrecht zo goed mogelijk waren vastgelegd. Al liet de leesbaarheid op die manier nogal te wensen over.

Op een gegeven moment kwam de Carnavalsstichting De Snoeken met de vraag of wij samen met hen een Wjeeldrechts Dikteej konden organiseren. Wjeeldrecht is in de carnavalstijd de naam voor de dorpen Woensdrecht en Hoogerheide. Natuurlijk wilden we dat graag. Het is echter ondoenlijk, de deelnemers aan zo'n dictee te verplichten om al die tekentjes te leren en te gebruiken. We moesten dus naarstig gaan werken aan een spelling die veel eenvoudiger was. En die was niet moeilijk te vinden. We schaften al die tekentjes af, met uitzondering van de volgende twee: op woorden als 'gèère' en 'blèète' lieten we de streepjes staan om aan te geven welke klank deze woorden hebben, en voor de korte 'ui' gebruikten we ö, bijvoorbeeld in woorden als 'köster' en 'löstere'.

Op die manier hadden we een spelling ontworpen die niet alleen goed leesbaar is, maar die ook goed bruikbaar is voor het Wjeeldrechts Dikteej, dat sindsdien jaarlijks wordt gehouden.

Tot mijn grote en zeer aangename verrassing haalde Yoïn van Spijk tijdens de eerder genoemde workshop een stukje tekst van mijn hand te voorschijn, met de vermelding, dat dit een ideale spelling is voor de West-Brabantse dialecten.

Verscheidenheid

Dat wil natuurlijk niet zeggen dat iedereen voortaan verplicht deze spelling moet gebruiken. Er zijn ook andere mensen op een zeer verdienstelijke manier bezig hun dialect vast te leggen. In Roosendaal bijvoorbeeld is Jan van Nassau al sinds 1981 bezig met zijn werkgroep Oòns Taoltje het Roosendaals dialect vast te leggen in een consequent doorgevoerde spelling. Op dit moment vinden daar drukbezochte cursussen plaats. Wat ik weet, is dat de daar gebruikte spelling niet veel afwijkt van wat in Woensdrecht is gefabriceerd.

In Huijbergen heeft Kees Hoeckx z.g. in het verleden een vijftal boeken geschreven in zijn Huijbergse dialect en ook hij heeft daarbij een spellingsysteem gehanteerd dat nauwelijks afwijkt van de twee eerder genoemde. 

Nogmaals, hoe een dialect geschreven moet worden is niet voorgeschreven. Ieder mag dat doen op zijn of haar eigen manier. Maar als mensen zich hiermee geen raad weten, kan het zeker geen kwaad om eens te kijken naar de 'Woensdrechtse spelling'. Ik geef u dan ook graag een stukje tekst als voorbeeld:

'Jeel oew leeve laank motte nogal ’s ’n kjeer vertelle wie ge zèèt. Mar èègelek motte dan de vraog beaantwoorde: van wie zèède gij d’r jinne? Want ’t mok nogal wa d’uit van wie ge afstamt.

Toen ik in de zesde klas van de laogere school zaat, wouw ik gèère durljeere. De boovemjeester kon da mar moeilek gelwoove, want ij zeej: ‘Gij? Mar gij zèè toch ’n zeun van ’n arrebaajer?!’ Ik zèèn nog aaltij blaaj da’k toen èègewèès durgezet em, al waore m’n ouwelui daor aonvaankelek nie gelukkeg meej. Durljeere betjeekende da ge veul geld gieng koste, terwèèl nie durljeere as gevolleg ad da ge al gaauw geld meej naor uis brocht. ’n Grwoot verschil in dieje tèèd.'

Dit is een fragment uit mijn verhaal 'Van wie zèède gij d'r jinne?' in het Brabants boekske 2023, met als thema: 'k Zal oe zegge wie ik ben.

Als u wilt reageren op wat ik hier heb geschreven, is uw reactie van harte welkom op het adres: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. .

Tot volgende maand!

Geschreven door: Jan Luysterburg

 

© 2011 - 2024 'n Lutske Brabants - donderdag 2 mei 2024 - Tijd: 00:00:00 - Webdesign: Broeklandsoft - Sponsor: Frans van den Bogaard