210. Verzorgde afwerking gevels

Het dubbelpand aan de Geert van Woustraat 21-23 heeft monumentale waarde onder meer vanwege de verzorgde indeling en afwerking van de gevels. Foto: Josephine Peren

Het complex aan de Geert van Woustraat 21-23 in de wijk De Muntel is een dubbelwoning, met een doorgang onder het gebouw. Rond 1921 is het gebouwd naar een ontwerp van de architect J. de Rooij. Het pand omvat een begane grond, eerste en tweede verdieping onder een plat dak. Aan beide zijden sluiten de huizen met een zadeldak aan op het poortgebouw. De nok is even hoog als het platte dak. De bebouwing boven de doorgang wordt gedragen door een betonnen constructie bestaande uit zuilen en vloerplaten. Sinds november 2003 staat het geregistreerd als gemeentelijk monument.

De voorgevel heeft op de begane grond aan iedere zijde een deur, met tweeruits vensters aan de zijkant en halfronde bovenlichten boven de betonnen plaat. De bovenlichten hebben glas-in-lood, een halfsteens ontlastingsboog en een grote sluitsteen. De pui is voorzien van een hoge, bakstenen plint die iets buiten het gevelvlak uitsteekt en is afgedekt met keramische raamdorpelstenen. Aan de buitenzijde naast de deuren zijn bakstenen brievenbussen aangebracht. Op de eerste verdieping zijn vijf gevelopeningen aanwezig met een afwisselend patroon: om en om twee en drie draairamen met een groot liggend bovenlicht, dat in alle gevallen hetzelfde formaat heeft en daarom bij de drie tweeledige ramen breder is. De gevelopeningen hebben aan de bovenzijde een over alle kozijnen doorlopende, horizontale, zinken afdekking.

Op de tweede verdieping is in het midden een grote gevelopening met vijf draairamen aangebracht. Op beide hoeken kraagt een balkon uit, gedragen door een buiten het gevelvlak stekende, betonnen vloerplaat. De bakstenen borstwering is afgedekt met keramische tegels. De gevel springt in, waardoor er drie gevelvlakken zijn ontstaan en ruimte voor een balkon is gecreëerd. De geveldelen bij het balkon hebben een deur en twee vensters.

De geveltop is afgewerkt met keramische gevelpannen. De kozijnstijlen zijn rond afgewerkt. Ter hoogte van onder- en bovendorpels zijn keramische tegels verticaal in het metselwerk geplaatst. De bovenbouw wordt gedragen door aan twee zijden vier betonnen kolommen, waardoor er drie traveeën zijn ontstaan. In de buitenste traveeën bevindt zich een venster, in de middelste een deur op een verhoging met hardstenen dorpel.